zondag, december 10, 2023

Vakliteratuur

AdvertorialsAlgemeenReviewsVakliteratuur

Het Grote Deugdenboek voor het onderwijs


Wisten jullie dat er naast het Deugdenspel Doeboek  waar ik al eerder over schreef nu ook Het Grote Deugdenboek voor het onderwijs is? Wat een heerlijke aanvulling op het boek, met superhandige praktische tips hoe met deugden te werken in je klas. Ook als je het eerste boek nog niet hebt, kun je met dit boek heel snel met deugden aan de slag.

Waarom aan de slag met deugden?

Deugden zijn de positieve dingen in onszelf. We weten allemaal dat het geen zin heeft om steeds te roepen in de klas wat niet mag. Juist datgene benoemen wat goed gaat werkt een stuk beter. Als je aan de slag gaat met deugden, haal je de positieve dingen uit de kinderen (en ook uit jezelf). Kinderen leren deze deugden bij zichzelf te zien, maar ook bij anderen.

52 Deugden

In het Deugdenspel Doeboek wordt omschreven hoe je met 10 deugden aan de slag kunt gaan. Dit Grote Deugdenboek voor het onderwijs gaat een grote stap verder. In dit boek worden 52 deugden besproken, voor elke week van het jaar één. Het maakt niet uit wanneer je een deugd ter sprake brengt, omdat het niet gebonden is aan tijd of leeftijd. Zo kun je er een kiezen die jou op dat moment zinvol lijkt, of je laat de kinderen er een kiezen van de deugdenlijst. (deze kun je gratis downloaden via www.keiindeugden.nl)

Eerst wordt in deel 1 uitgelegd dat er vijf strategieën zijn om effectief met deugden te werken. Dit wordt uitgebreid uitgelegd aan de hand van praktijkvoorbeelden. De vijf strategieën zijn: 1. Spreek deugdentaal, 2. Herken leermomenten, 3. Stel veilige grenzen, 4. Neem tijd voor rust, reflectie, ontspanning en 5. Bied actief aandacht.
Het boek geeft ook bij elke strategie tips voor activiteiten met de klas en voor de hele school.

Daarna komen de 52 deugden aan bod. Elke deugd wordt overzichtelijk, met dezelfde opbouw beschreven op twee pagina’s in het boek. Bijvoorbeeld de deugd oprechtheid.  Hierin word je dan op de volgende manier in meegenomen:
Wat is oprechtheid?
Waarom is oprechtheid belangrijk?
Hoe pas je oprechtheid toe? met voorbeelden Hoe pas je oprechtheid toe als………
Reflectievragen
Tekens van succes
Op de bladzijde ernaast staan activiteiten beschreven die je naar aanleiding van deze deugd kunt doen met de klas.

Het Grote Deugdenboek voor het onderwijs

Conclusie

Ik vind dit laatste heel overzichtelijk en superhandig. Als je je even goed verdiept in de strategieën, heb je daarna aan dit boek een heel fijn naslagwerk, waarbij je dus per deugd in één oogopslag een overzicht hebt om mee aan de slag te gaan in je klas.

Zeker in een klas waar de sfeer niet altijd even optimaal is, zal het werken met deugden
ten goede komen aan een prettigere omgang met elkaar.


Vakliteratuur

Vakliteratuur.


AlgemeenReviewsVakliteratuur

Regie versterken in het onderwijs


regieversterken in het onderwijsRegie versterken in het onderwijs – Worden wie je bent.

Welke invloed heb jij als leerkracht of docent op de ontwikkeling van je leerlingen?  Hoe kun je ervoor zorgen dat je leerlingen belangrijke vaardigheden en het vermogen om relaties aan te gaan zo goed mogelijk ontwikkelen?  Dit doe je door jezelf te zijn en professional. Door te weten wie je bent en welke waarden je hebt en weten welk effect jouw handelen heeft op het denken en doen van je leerlingen. In het boek Regie versterken in het onderwijs – Worden wie je bent worden handvatten gegeven om met regiefuncties van leerlingen aan de slag te gaan. Deze regiefuncties zorgen ervoor dat leerlingen zelf invloed kunnen uitoefenen op hun gedrag en leerproces.

Regiefuncties

Regiefuncties ontwikkel je tijdens je leven. Ze vormen het vermogen om je gedrag en emotie te kunnen reguleren en te worden wie je bent of wilt zijn. Het oefenen van die functies uit zich in gedrag. Als deze functies zich niet goed ontwikkelen kan dit invloed hebben in de klas door ongewenst gedrag. Als keerkracht dien jij als voorbeeldfunctie om te laten zien hoe je kunt omgaan met bijvoorbeeld conflicten en hoe je rustig blijft op zo’n moment. Leerlingen leren hiervan en ontwikkelen zo de verschillende regiefuncties.

De verschillende regiefuncties

Er zijn zeven verschillende regiefuncties, welke in het boek uitgebreid worden beschreven. Ik omschrijf ze hieronder kort:

  • Taal (communicatie en verbeelding) – Het vermogen je uit te drukken en tot expressie te komen. Aangeven wat je voelt, wil en denkt.
  • Geheugen – Het vermogen om informatie te onthouden, terug te halen en gebruiken.
  • Perceptie – De manier waarop je jezelf en de wereld ziet.
  • Motoriek – De wijze waarop je beweegt
  • Zelfcontrole – De mate waarin je in staat bent impulsen, emoties of gedrag in banen te leiden.
  • Geweten – In hoeverre begrijp je wat jouw gedrag voor anderen betekent
  • Oriëntatie in tijd en ruimte – De mate waarin je structuur in je denken en handelen kunt aanbrengen.

Doelenbox

Bij het boek waarin verder uitgebreid word beschreven hoe je met kinderen hiermee aan de slag gaat hoort ook een doelenbox Worden wie ik ben met 140 kaartjes. Van elke regiefunctie zijn 20 kaartjes met doelen waarmee je met kinderen aan de slag kunt gaan. Je kunt ze gebruiken. De regiefuncties zijn herkenbaar op de achterkant van de kaartjes door de symbolen de bij elke regie horen. Deze komen overeen met de symbolen in het boek.

Conclusie

Omdat het soms best lastig is om gericht met kinderen te praten tijdens een leerlinggesprek zal ik zeker gebruik gaan maken van het boek, met de daarbij behorende doelenbox. Zo kun je gericht met kinderen aan het werk om bepaalde doelen te halen.
Het boek leest vrij gemakkelijk weg. Er zitten wat stukken tussen waar je even doorheen moet, maar uiteindelijk zal het bij mij in de kast komen als een boek wat ik als waardevol naslagwerk zal gebruiken.

Met dank aan uitgeverij SWP voor het beschikbaar stellen van het boek en de doelenbox

 

 

 

ReviewsVakliteratuur

Leerlijnen voor het basisonderwijs


Van nieuwleren.nl mocht ik het boek: Leerlijnen voor het basisonderwijs ontvangen. In dit boek wordt een overzicht gegeven van de leerlijnen voor de verschillende vakgebieden in het basisonderwijs. De doelen zijn heel concreet verwoord in de ik-vorm, zodat je er ook gelijk met je leerlingen mee aan de slag kunt gaan.

Werken vanuit leerlijnen

Werken vanuit leerlijnen komt steeds meer in de belangstelling. Op veel scholen wordt gewerkt vanuit de methode, maar men wil graag wat losser komen van de methode. Wil je dit doen, dan moet je wel een goed overzicht hebben van de leerstofdoelen. Met deze leerlijnen die beschreven staan in dit boek, heb je een heel goed overzicht van de doelen per groep, en weet je zeker dat je aan het einde van groep 8 alles behandeld hebt, als je deze kunt afvinken.

Je kunt natuurlijk ook helemaal de methode loslaten. Dan is ook dit boek een fijn naslagwerk. Wel kun je dan de methode als bron gebruiken.

Van daaruit kun je uiteindelijk helemaal werken vanuit leerlijnen. Dit moet echter wel een goed doordachte keuze zijn en door de hele school gedragen worden.

Werken zonder methode

Als de school besloten heeft volledig te gaan werken vanuit leerlijnen en de methode helemaal loslaat, kun je onderwijs op maat bieden. Door met leerlingen in gesprek te gaan kunnen ze hun eigen keuzes maken en reflecteren over hun voortgang. Als je kiest voor deze werkwijze is een overzicht van doelen een belangrijke voorwaarde, en dan is het boek Leerlijnen voor het basisonderwijs een heel mooi boek.

Leerlijnen voor het basisonderwijsReferentieniveaus

Sinds augustus 2010 is de Wet referentieniveaus Nederlandse taal en rekenen van toepassing. Referentieniveaus zorgen dat het voorgezet onderwijs goed aansluit op het basisonderwijs. Het basisniveau 1F is het niveau dat kinderen aan het einde van de basisschool minimaal zouden moeten beheersen. Het doel ligt echter hoger en daarom zijn er 1S doelen voor rekenen en 2F doelen voor taal. Deze liggen hoger dan het 1F- niveau. Deze zijn in het boek dikgedrukt. Op www.leerlijnen.nl kun je verschillende artikelen vinden waarin dit verschil wordt duidelijk gemaakt.

Conclusie

Het boek Leerlijnen in het basisonderwijs is een boek wat ik zeker ga gebruiken. Wij zijn op school ons hierop aan het oriënteren en het compleet loslaten van methodes is een hele stap, maar daar zal dit boek ons zeker bij helpen.
Ook als je hier niet mee bezig bent is dit boek een fijn naslagwerk. Zeker als beginnende leerkracht, omdat je zo snel een overzicht hebt wat er per leerjaar aan de orde komt per vakgebied.

De vakgebieden waarvan de doelen in dit boek beschreven staan zijn: Rekenen, Taal, Engels, Natuur & techniek, Geschiedenis, Aardrijkskunde, Verkeer, Burgerschap, Digitale geletterdheid en Beeldende Vorming.

Met dank aan Maarten van der Steeg van Nieuwleren voor het beschikbaar stellen van een recensie-exemplaar.

 

StudieboekenStudieboeken

AlgemeenVakliteratuur

Sociaal-emotioneel functioneren van kinderen op de basisschool.


Sociaal-emotioneel functioneren van kinderen op de basisschool. Kinderen in Nederland zitten van hun vierde tot en met hun twaalfde jaar op de basisschool. Ze brengen hier een groot deel van de dag door. Hier vindt dus ook een belangrijk deel van hun sociaal emotionele ontwikkeling plaats. Het is best belangrijk dat je als leerkracht hier kennis van hebt.

Het boek Sociaal-emotioneel functioneren van kinderen op de basisschool is een heel mooi instrument om je te verdiepen in de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen.

Sociaal-emotioneel functioneren van kinderen in de basisschool.

Het boek begint na de inleiding in het tweede hoofdstuk met een stukje theorie. Zo komen de psychodamische theorieën aan bod, maar ook gedrags- en leertheorieën. Je kent hiermee in grote lijnen de belangrijke principes en veronderstellingen die van invloed zijn op ons hedendaags denken over kinderen en hun sociaal-emotionele ontwikkeling.

Het derde hoofdstuk bespreekt de pedagogische theorieën. Dit beantwoordt de vraag waartoe onderwijs dient en hoe we dit kunnen bereiken. Het doel van dit hoofdstuk is de hedendaagse schoolvisies beter te kunnen begrijpen.

Weke doelen op sociaal-emotioneel gebied in het onderwijs moeten worden bereikt is het onderwerp wat in het vierde hoofdstuk aan de orde komt.

In hoofdstuk 5 legt de schrijfster uit wat zij ziet als een wenselijke sociale ontwikkeling, welke verwachtingen je kunt hebben over hoe de ontwikkeling verloopt en welke factoren hierop van invloed zijn.

In het hierop volgende hoofdstuk staat de relatie en interactie met de leerkracht centraal.

Hoofdstuk 7 gaat over emoties en stemmingen die kinderen ervaren. Hoe ontwikkelen zich de gevoelens en emotieregulatie van kinderen

Hoofdstuk 8 gaat in op sociaal-emotionele problemen in de klas in de algemene zin. Het gaat specifieker in op faalangst, schoolweigering en pesten.

Hoofdstuk 9 gaat daarentegen over schoolpezier. Motivatie, betrokkenheid en schoolplezier zijn sociaal-emotionele factoren die worden gezien als belangrijk voor de leerprestaties.

Het laatste hoofdstuk handelt over culturele en maatschappelijke factoren die van invloed zijn op de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen.

Francine Jellesma

Francine Jellesma doceerde de thema’s uit het boek aan de Universiteit van Amsterdam. Ze werkte veel samen met bassischolen, deed onderzoek naar sociaal-emotionele thema’s en werkte met kinderen in de schoolsetting.

Wat vond ik ervan?

Het boek is een vrij theoretisch boek. Door de praktijkvoorbeelden is het echter wel een boek dat redelijk te lezen is. Het is zeker een boek dat geschikt is voor iedereen die met kinderen in de basisschoolleeftijd te maken heeft (leerkrachten, intern begeleiders, maar ook kindercoaches en logopedisten bijvoorbeeld).

 

 

AlgemeenReviewsVakliteratuur

Werken met deugden in het onderwijs? Doen, met het deugdenspel doeboek!


Met heel veel plezier heb ik Het Deugdenspel Doeboek van Annelies Wiersma in mijn vakantie doorgelezen. Er ging een wereld voor mij open. Deugden zijn karaktereigenschappen die je eigenlijk allemaal bezit, maar die je misschien niet altijd bewust toepast. Met dit boek kun je met kinderen aan de slag om hier op een positieve manier mee bezig te zijn.

Het boek geeft je handvatten om met de deugden assertiviteit, concentratie, humor, idealisme, kracht, liefde, respect, samenwerking, uitmuntendheid en vriendelijkheid aan de slag te gaan. Je kunt met deze tien deugden een heel schooljaar vullen. Als je bekend bent met het Deugdenspel of je hebt deze in het bezit, dan vind je de kaarten met deze deugden ook hier in terug.

deugdenspel doeboekHet deugdenspel is voor kinderen vanaf ongeveer 9 jaar en het doeboek bevat werkvormen die in de midden- en bovenbouw goed gebruikt kunnen worden, en zelfs in het voortgezet onderwijs worden ze gebruikt. Voor jongere kinderen is er de voorloper: Het Deugdenvriendjes Doeboek voor peuters en kleuters.

Het Deugdenspel Doeboek.

De tien eerder genoemde deugden zijn in het boek uitgebreid uitgewerkt. Er wordt in beschreven hoe je de deugd kunt aanbieden bij de kinderen. Dit is op een heel heldere, duidelijke en enthousiaste manier gedaan. Zo, dat je er gewoon ook zelf mee aan de slag wilt gaan. Ook wordt aangegeven wat er van jou als leerkracht wordt verwacht (leerkrachtgedrag). Er staan opdrachten bij die je met de kinderen kunt doen om de deugd duidelijk te maken, en er ook op een positieve manier mee aan de slag te gegaan en op heel veel verschillende manieren.

Elke deugd die uitgewerkt wordt bevat een duidelijke omschrijving van allerlei soorten spelletjes, drama-opdrachten, filmpjes, liedjes, verhalen, boekentips, maar ook teken- en knutselopdrachten. Je kunt het zo gek niet bedenken of er is een manier om ermee aan de slag te gaan.

In de praktijk

Na de vakantie ga ik zeker in mijn groep met Het Deugdenspel Doeboek aan de slag. Van de tien deugden omschreven ga ik beginnen met de deugd Respect. Ik denk dat dit een hele mooie is om aan het begin van het schooljaar te doen. Je kunt met deze deugd hele goede groepsvormende activiteiten doen en zo samen een hechte groep vormen, omdat deze deugd zich daar heel goed voor leent.

Lees in het boek ook de ervaringen van leerkrachten en praktijkverhalen uit de klas.

Via www.keiindeugden.nl is er online ondersteuning en toegang tot educatieve materialen.

AlgemeenVakliteratuur

Juf is Zen


Juf is Zen is een boek geschreven door Diana Gjaltema. Diana werkt al ruim 27 jaar in het onderwijs en is daarnaast ook Yogadocent. Zij gebruikt dit ook in haar dagelijkse praktijk als leerkracht en heeft nu een boek geschreven: Juf is Zen, waarin zij deuren opent naar mogelijkheden om momenten van rust en stilte in de klas te brengen.

Stilte en aandacht in de klas

Dit is de ondertitel van het boek. Het geeft aan wat de schrijfster wil bereiken met het boek. Zij heeft het ook speciaal geschreven voor leerkrachten en opvoeders.  Om rust en stilte te creëren in de toch al zo hectische wereld van het onderwijs waarin de prestatiedruk hoog is.

In het boek beschrijft zij situaties uit haar eigen onderwijspraktijk. waarbij zij haar ervaring als yogadocent gebruikt. Situaties met kinderen maar ook met ouders. Aan de hand hiervan beschrijft zij op een heel toegankelijke manier hoe jij zelf dit ook kunt toepassen. Ze vertelt over verschillende Yogatechnieken op een hele duidelijke manier.

SAS in de klas.

SAS in de klas is waar het grootste gedeelte van het boek uit bestaat. SAS staat voor Stilte en Aandacht Spelletjes. Hiermee creëer je rustmomenten in de klas. SAS is ook de hoofdpersoon in de verhaaltjes die voorafgaan aan de verschillende stilte-oefeningen.  De oefeningen kun je gewoon voorlezen uit het boek en in je klas met de kinderen doen. Het zijn hele fijne oefeningen die je ook kunt doen als je niet zoveel met Yoga hebt. De kinderen komen op momenten dat ze erg wiebelig of druk zijn even helemaal tot rust. Je merkt dat je na zo’n oefening, die niet langer dan 5 tot 10 minuten duurt, de kinderen weer veel rustiger zijn.

Nu denk je misschien dat die tijd zonde is van je onderwijs tijd, maar dat is juist niet het geval. Omdat de kinderen veel rustiger zijn geworden zijn ze weer gefocust en zullen ze beter luisteren en aan het werk gaan. Je hoeft niet de hele tijd te waarschuwen of te corrigeren, waar ook weer heel veel tijd in zit.

Conclusie

Juf is Zen is een fijn boek om als leerkracht te bezitten. Je kunt het altijd even tevoorschijn halen om een oefening uit te halen om samen met de kinderen te doen. Kinderen zullen het in het begin wel vreemd vinden, maar als het regelmatig doet, raken de kinderen er aan gewend en zullen ze er zelfs naar gaan vragen.

 

Vakliteratuur

Leergeluk, inzicht in je brein maakt leren fijn.


Leergeluk is het geluk dat je kunt ervaren voor, tijdens en na het leren. Leergeluk zorgt ervoor dat je met een prettig gevoel aan het leren bent. 

Dit zijn de eerste zinnen uit het Werkboek Leergeluk, geschreven door Marloes Aarsman en Heidi van der Westerlaken van oorsprong  leerkrachten die zich gespecialiseerd hebben in onderwijs aan meer- en hoogbegaafde kinderen en talentbegeleiding.  Zij willen zoveel mogelijk kinderen kennis laten maken met Leergeluk, want als je gelukkig bent kun je beter leren. Op www.debreinschool.nl is hier nog veel meer over te vinden.

Het werkboek

leergelukIn het werkboek worden kinderen op een speelse manier meegenomen in de werking van het brein en bestaat uit tien hoofdstukken die opgebouwd zijn vanuit de Breinschoolcirkel: ik weet, ik wil, ik doe. Deze cirkel komt steeds weer terug in elk hoofdstuk. Als je weet hoe je brein werkt (ik weet),  kun je met wilskracht (ik wil) een heleboel leren (ik doe). Dit is natuurlijk heel in het kort gezegd waar het een beetje over gaat, maar het geeft wel de essentie weer.

Het boek is zoals ik al zei in tien hoofdstukken verdeeld. In deze hoofdstukken zijn ook elke keer opdrachten toegevoegd. Opdrachten over jezelf, maar ook leuke weetopdrachten over het brein. Ook weetjes over het Brein komen regelmatig terug, de zogenaamde Breinweizz, handige leuke weetjes die helpen bij het leren.

Hier volgt nog een kort overzicht van de Hoofdstukken:

  •  De kracht van de Breinschool, de inleiding
  • 1. De kracht van je brein
  • 2. De kracht van je breinfabriek
  • 3. De kracht van aandacht
  • 4. De kracht van leerflow
  • 5. De kracht van de omgeving
  • 6.  De kracht van wilskracht
  • 7. De kracht van gewoontes
  • 8. De kracht van onthouden
  • 9. De kracht van pauze
  • 10. De kracht van leergeluk

leergelukVoor leerkrachten zijn er ook nog leergeluklessen ontwikkeld die via www.debreinschool.nl/downloads gedownload kunnen worden.

Ik denk dat dit werkboek heel geschikt is om mee te werken met kinderen die bijvoorbeeld heel faalangstig zijn. Voor deze kinderen wordt duidelijk hoe ze moeten leren en dat je er plezier aan kunt beleven. Het is op een heel toegankelijke manier geschreven. Het is wel fijn als je het boek samen met een volwassene kunt doornemen zodat deze ook af en toe wat toe kan lichten.

 

Leergeluk, Inzicht in je brein maakt leren fijn is te bestellen via de website van De Breinschool.

 

 

 

AlgemeenVakliteratuur

Executieve functies ontwikkelen met Speel je Vaardig.


De laatste tijd houd ik mij veel bezig met executieve functies.  Omdat ik sinds dit jaar een zeer hoogbegaafde leerling heb, ben ik mij er in gaan verdiepen. Om eerlijk te zijn wist ik er niet zo veel van, maar ben er wel achter dat het ontwikkelen van deze functies heel belangrijk is. Bij de meeste kinderen gaat dit vrijwel vanzelf, maar er zijn kinderen bij wie dit echt geoefend moet worden.

Executieve functies.

Maar wat zijn dan executieve functies? Executieve functies zorgen voor doelgericht en sociaal gedrag. Ze regelen bijvoorbeeld het starten met een opdracht, en het vasthouden van de aandacht. Als deze functies niet goed worden beheerst, is goed georganiseerd werken/gedrag niet mogelijk.

Voorbeelden van executieve functies zijn bijvoorbeeld:

  • nadenken voordat je iets doet,
  • flexibel omgaan met veranderingen en tegenslag,
  • aandachtig blijven, ondanks afleiding
  • informatie en materialen ordenen
  • tijd inschatten en verdelen.

Speel je vaardig

executieve functiesIn het boek Speel je Vaardig, wordt dit ook kort uitgelegd. Zo kun je bijvoorbeeld lezen dat de executieve functies te onderscheiden zijn in gedragsvaardigheden en denkvaardigheden.

Speel je vaardig is een boek waarin een overzicht gegeven wordt van spellen die je kunt inzetten om de vaardigheden te oefenen. In een stukje theorie wordt beschreven hoe je kunt signaleren, het gesignaleerde terug kunt koppelen naar schoolwerk en welke soorten spellen er zijn.

executieve functiesDe vier soorten spellen zijn heel overzichtelijk verdeeld in het boek. Denkspellen voor 1 speler, strategische denkspellen, coöperatieve spellen en reactiespellen. Bij elk spel wordt beschreven wat er nodig is, de voorbereiding, het spelverloop en het einde. Daarnaast wordt heel goed aangegeven welke executieve functies ontwikkeld worden.

In de bijlagen vind je een signaleringsblad en verschillende registratiebladen voor zowel de leerkracht als het kind zelf. Heel handig.

Spellen

Kortom, een heel fijn boek om te hebben als naslagwerk, er staan heel veel spellen in beschreven. Je hoeft natuurlijk echt niet alle spellen te hebben om ermee te kunnen werken, en ook staan niet alle spellen erin beschreven, omdat er natuurlijk steeds meer van dit soort spellen bij komen. Met dit boek heb je een hulpmiddel om bewuster spellen te gaan spelen in de klas.

Op www. speeljevaardig.nl vind je nog veel meer informatie, en kun je het boek bestellen.

Met dank aan de schrijfster Heidi van de Westerlaken voor het beschikbaar stellen van het recensie-exemplaar.

Voor meer recensies/reviews zie mijn pagina’s  reviews of vakliteratuur.

 

Vakliteratuur

Rekengesprekken voeren


Rekengesprekken voeren, een praktische aanpak om de onderwijsbehoeften van leerlingen te achterhalen.

Rekenen, het ene kind gaat het heel gemakkelijk af, terwijl de ander er ontzettend veel moeite voor moet doen. Waar het ene kind summiere uitleg nodig heeft, lijkt een ander kind het maar niet onder de knie te krijgen.

 

Een rekengesprek voeren met een kind kan soms heel verhelderend werken, hoe pakt het kind een bepaald probleem aan en wat heeft het nodig van jou als leerkracht. Ik las het boek Rekengesprekken voeren van uitgeverij PICA. Door dit boek is mij heel veel duidelijk geworden.

Rekengesprekken voeren.

Het boek bestaat uit 5 delen waarin een hele mooie opbouw wordt gegeven over hoe je rekengesprekken met kinderen kunt voeren.

Uitgangspunten

Ten eerste beschrijft het boek de uitgangspunten voor het voeren van rekengesprekken. Je leest over communicatie en gesprekstechnieken, in combinatie met de onderwijsbehoeften van kinderen bij rekenen.

Werkwijze

Vervolgens gaat het over de werkwijze. Wat is het doel van een rekengesprek, de werkwijze, voorbereiding en organisatie. Het doel van het rekengesprek is achterhalen wat de onderwijsbehoeften van het kind zijn met betrekking tot rekenen. Een basismodel wordt uitgewerkt voor het uitvoeren van het gesprek, en drie varianten daarop.

Aan de slag!

Hoe ga je aan de slag met het basismodel en de verschillende varianten staat in dit deel centraal.

Jezelf ontwikkelen.

Een rekengesprek voeren is soms best lastig, maar hoe meer je het doet hoe beter het gaat. Belangrijk is dat je jezelf daarin kunt ontwikkelen door ook altijd zelf terug te blikken op het gesprek, ontdekt wat goed gaat en wat nog beter kan en ook voor jezelf leerdoelen stelt hierin.

Bijlagen

Dit vind ik een heel fijn gedeelte van het boek.  Het deel bestaat uit verschillende raamwerken/formats voor het voeren van een rekengesprek. Zo vind je er bijvoorbeeld een format voor de voorbereiding van een rekengesprek, maar ook een voor de uitvoering ervan. Een vragenlijst met welke vragen je kunt stellen is ook toegevoegd. Deze is ook te downloaden. Je hebt hiervoor een wachtwoord nodig. Deze kun je vinden in het boek.

 

Wat ik verder heel fijn vond aan dit boek dat het prettig te lezen is. Het is geen boek met allerlei lastige termen, maar goed te begrijpen. Theorie aangevuld met voorbeelden uit de praktijk waardoor alles nog duidelijker wordt.

Jarise Kaskens

Jarise Kaskens is de schrijfster van dit boek. Zij is als hoofddocent en onderzoeker verbonden aan Hogeschool Windesheim en promovendus aan de Radboud Universiteit. Ze richt zich voornamelijk op rekenen-wiskunde en onderwijsinnovatie. Zij heeft bovendien ruime ervaring in verschillende functies in de schoolpraktijk: als orthopedagoog, ontwikkelaar, video-interactiecoach en onderwijsadviseur.

Met dan aan uitgeverij PICA voor het beschikbaar stellen van dit recensie-exemplaar.

Deze en andere uitgaven van deze uitgeverij:

LesideeënVakliteratuur

Theaterlezen, zo leuk om te doen! Applaus voor jou!


Applaus voor jou! – Handleiding theaterlezen voor leesbegeleiders.

Theaterlezen, is een samenleesvorm die leuk is voor alle kinderen. Theaterlezen wordt ook wel toneellezen genoemd. Het nodigt uit tot vloeiend lezen, bevordert het leesbegrip en stimuleert het leesplezier.

Bij de bibliotheek had ik het project theaterlezen aangevraagd. Je krijgt dan een kist met theaterleesboeken. Ook zit er een lesbrief in waarmee je aan de slag kunt gaan en de boeken introduceren in de klas.
Ik merkte al snel dat de kinderen door deze manier van lezen, zeker de zwakkere lezers, meer plezier gingen beleven aan het lezen.

Bij theaterlezen nemen de kinderen een een rol van een personage op zich en lezen de tekst hardop voor. Ze voeren samen een soort toneelstukje op, maar dan zonder echt op toneel te staan. De tekst wordt wel geoefend, maar niet uit het hoofd geleerd. De teksten bestaan voornamelijk uit dialogen, zodat de lezers elkaar steeds afwisselen.

Applaus voor jou!

In de handleiding Applaus voor jou! van Elseline Knuttel wordt in het eerste deel een stukje theorie gegeven over theaterlezen, en in het tweede deel een praktische uitwerking.

In het praktische gedeelte wordt heel duidelijk uitgelegd hoe je theaterlezen introduceert en hierin ook instructie geeft. Je laat kinderen veel oefenen en werkt toe naar een leesvoorstelling met de kinderen.

Van de schrijfster van Applaus voor jou kreeg ik de handleiding toegestuurd, samen met twee Theaterleesboekjes. De boekjes zijn heel kleurrijk, met leuke illustraties. De kleuren hebben in de boekjes ook een functie. Zo kun je bovenaan een bladzijde zien wat voor soort tekst het is. Zo kun je samen een mop lezen, maar ook een verhaal, tekst op rijm of een (gedeelte van) een sprookje.

Bij de keuzekastopdrachten staat bij samenknap een opdracht voor theaterlezen voor groep 3/4, maar er zijn ook teksten voor de hogere groepen, dus deze kaart is zo aan te passen.

 

AlgemeenVakliteratuur

Close Reading – Werken aan een dieper tekstbegrip in het basisonderwijs


Het boek Close Reading – Werken aan een dieper tekstbegrip in het basisonderwijs is een boek uitgegeven door uitgeverij PICA.

Tekstbegrip is een veelbesproken onderwerp binnen het basisonderwijs, omdat voor veel kinderen dit heel lastig is. Close reading is een heel andere aanpak voor het begrijpend lezen. In de afgelopen jaren zijn de resultaten en motivatie van leerlingen voor begrijpend lezen afgenomen zegt Kees Vernooy (Lector emeritus Effectief taal- en leesonderwijs aan de toenmalige hogeschool Edith Stein in Hengelo) in het voorwoord in dit boek.

Ook zegt hij dat Close reading het onderwijs een impuls geeft die leidt tot betere en meer gemotiveerde begrijpende lezers, en dat dit boek scholen handvatten geeft om succesvol met Clos Reading aan de slag te gaan.

Close Reading

Close Reading is het nauwkeurig en analytisch lezen van gevarieerde, complexe informatieve en verhalende teksten. Een manier om leerlingen voor te bereiden op een leven lang leren. Je moet als leerkracht dit proces sturen en begeleiden, maar dan moet je ook weten wanneer en hoe instructie te geven. Dit boek geeft hierover kennis en praktische voorbeelden.

Inhoud

Het boek bestaat naast een voorwoord en inleiding uit 6 hoofdstukken waarin je meegenomen wordt in het proces van invoeren van Close Reading binnen je onderwijs.

1. Wat is tekstcomplexiteit. Het belang van het leren omgaan met complexe teksten en het beoordelen van de complexiteit van teksten.

2. Wat is Close Reading? 

3. Close Reading: voorbereiden en uitvoeren. In dit hoofdstuk wordt het proces beschreven over hoe je teksten selecteert en vragen formuleert.

4. Close Reading in alle vakgebieden. Close Reading pas je toe in alle vakgebieden. Hierin wordt ook beschreven wat het belang hiervan is en er worden ook mooie praktijkvoorbeelden gegeven.

5. Close Reading en e ontwikkeling van mondelingen en schriftelijke taalvaardigheid. Bij Close Reading gaat het om doorgronden van de tekst, maar praten over de tekst is ook belangrijk. Tijdens Close Reading onderzoeken de tekst en werken samen waardoor ze ook de taalvaardigheden spreken, luisteren en schrijven ontwikkelen.

6. Beoordelen en monitoren tijdens Close Reading.

In de bijlagen worden hele bruikbare ideeën gegeven voor tekstgerichte vragen voor de onderbouw, middenbouw en bovenbouw (verhalende en informatieve teksten), een leerlijn Close Reading en tips voor invoering van Close Reading op school.

Het boek

Ik vind dit een heel waardevol boek als je je bezighoudt met begrijpend lezen, nadenkt over Close Reading of alleen al informatie wilt over Close Reading.  Hele duidelijke uitleg over hoe teksten aan te pakken en ook hele leuke, bruikbare voorbeelden uit de praktijk.
Op de website van PICA vind je enkele gratis downloads bij het boek en als je het boek hebt aangeschaft kun je met behulp van een wachtwoord nog veel meer bruikbare downloads vinden.

AlgemeenVakliteratuur

Reflect(l)eren in het basisonderwijs


Reflecteren is een term die je steeds vaker hoort binnen het onderwijs. Reflecteren met kinderen is het voeren van gesprekken met kinderen om ze te begeleiden bij het leren. Het boek Reflect(l)eren in het basisonderwijs gaat over wat het betekent voor een school, voor leerkrachten ene voor leerlingen om haan het reflecterend vermogen te werken.

Reflect(l)eren in het basisonderwijs

Het boek bestaat uit twee delen. Een gedeelte theorie en een gedeelte praktijk. In het theoriegedeelte wordt uitgebreid ingegaan op wat reflectie precies is, en hoe reflecteren en leren met elkaar te maken hebben aan de hand van de leercyclus van Kolb en de reflectiecirkel van Korthagen.

 

In het praktijkgedeelte vinden we hoe je dit kunt gaan toepassen. Het voorbereiden van het reflectiegesprek en hoe het gesprek gaat. De basisprincipes van een gesprek worden gegeven, en deze zijn alleen al heel verhelderend. Enkele termen die hierbij aan de orde komen zijn: Stel vragen, luister, verplaats je, leef je in, stel je oordeel uit, vertrouwen en samen. Ook is het heel belangrijk hoe en welke vragen je stelt.

Fasen van inzicht.

Heel mooi om te lezen is het gedeelte over het reflecterend vermogen van kinderen. Dit reflecterend vermogen maakt een bepaalde ontwikkeling door. Met een trap over de fasen van inzicht op leeftijd wordt dit in beeld gebracht. Je begint heel jong met de omgeving van het kind (wat het meemaakt) tot het rond twaalfjarige leeftijd ontdekt wat het belangrijk vindt (kernwaarden).

Luisteren, werkvormen

Luisteren is ook heel belangrijk tijdens een reflectiegesprek en dan ook actief luisteren. Hoe je actief luistert wordt ook weer in een mooi overzichtje gegeven. Luisteren is meer dan horen, en wat helpt je dan om actief te luisteren.
Ook kun je verschillende werkvormen gebruiken om je gesprek te voeren. Dit zijn heel verassende en verfrissende werkvormen.

Kortom, dit is een heel handig boek als je aan de slag wilt gaan met reflectiegesprekken met kinderen.

Lees ook eens mijn artikel over de reflectiepot. Een pot met vragen die ik in de klas heb en waarmee ik regelmatig met de kinderen reflecteer.

AlgemeenLesideeënVakliteratuur

Dramalessen geven: Jij kan het ook!


Dramalessen vind ik altijd best lastig om te geven. Je hebt vaak wel ideeën, maar om elke keer iets nieuws te verzinnen is best lastig. Het blijft er dan ook vaak bij, terwijl het best wel belangrijk is. Met drama in je lessen werk je aan veel sociale leerdoelen.

Toen mijn facebookpagina 5000 likes had, kreeg ik van Esther Erdtsieck-Blaaser een heel mooi boek cadeau, namelijk: Jij kan het ook, inspiratielessen voor dramalessen aan kinderen. En wat een mooi cadeau zeg! In het boek staan meer dan 200 dramaopdrachten verdeeld in drie doelgroepen: onderbouw, middenbouw en bovenbouw.

Thema’s

De opdrachten zijn verdeeld in thema’s, dus als je aan een bepaald thema werkt, kun je gelijk leuke drama-opdrachten uit dit boek erbij zoeken. Zo zijn er voor de onderbouw opdrachten met thema’s als: lente, zomer herfst en winter, feest en de boerderij. Voor de middenbouw ook weer de jaargetijden en de dierentuin, superhelden, verkeer en opa’s en oma’s. Voor de bovenbouw zijn dat o.a. de jungle, stripverhalen, sport en milieu.
Thema’s die heel goed bij deze doelgroepen aansluiten.

Dramalessen

Er komen verschillende dramaopdrachten voor in het boek. Zo zijn er Warm-ups, deze kun je ook heel goed gebruiken om even een energizer tijdens je leswisselingen  te doen, tekstgebruik, emoties en scenes maken. Bij elke les zijn ook algemene leerdoelen beschreven. Deze doelen zijn de (kern-)doelen voor drama in het primair onderwijs.

CD

Bij het boek wordt een CD geleverd waarop de tracks staan die je bij bepaalde opdrachten nodig hebt. Je hoeft dit dus niet apart dit elke keer op te zoeken. Alles wordt heel duidelijk beschreven in de lessen.

Ik ben heel blij met het boek, en wil Esther daarom ook zeer bedanken voor dit mooie cadeau.

Esther Erdtsieck-Blaaser studeerde is docent drama. Zij startte een onderneming Dramacoach. Ze ontwikkelt lesmateriaal, geeft les in het onderwijs, geeft inspiratieworkshops aan dramadocenten en masterclasses aan leerkrachten hoe zij drama kunnen toepassen in hun dagelijks lespraktijk.

Je kunt ook met behulp van het boek leuke drama-opdrachten maken voor in de keuzekast, waarmee de kinderen zelfstandig aan de slag kunnen.

 

 

 

 

 

 

Vakliteratuur

Inspireren en bewegen.


Inspireren en bewegen. Aan de slag met de ondersteunende rollen in de lessen LO.

Deze keer een boek voor de sportieve leerkrachten onder ons: Inspireren en bewegen. Dit boek vond ik erg interessant om te lezen. Tegenwoordig is het zo dat beginnende leerkrachten niet meer zomaar de gymlessen mogen geven, maar hiervoor nog een stevige studie moeten volgen. Ik heb in mijn tijd dit op de PABO gehaald, en dat was niet zo zwaar als het nu is, dat weet ik wel.

Dit boek is een inspiratie om alle leerkrachten die gym geven om ondersteunende rollen te integreren in hun lessen. Leerlingen kunnen hiermee andere leerlingen ondersteunen bij of tijdens het bewegen.

Door het uitvoeren van ondersteunende rollen (scheidsrechter, coach, helper, feedbackgever, choreograaf en evaluator) kunnen leerlingen elkaar helpen, maar krijgen hiermee ook inzicht in bewegen/ bewegingen of spelvormen, omdat ze het betere en gerichter bekijken, omdat ze bijvoorbeeld feedback moeten geven hierover.

Het boek Inspireren en bewegen is opgebouwd uit 7 hoofdstukken die ik hieronder kort zal beschrijven.

Sociale competentie en zelfconcept.

Hoe kunnen de gymlessen en het werken met ondersteunende rollen bijdragen tot het ontwikkelen van de sociale competentie en het zelfconcept? Dit wordt in dit hoofdstuk uitgebreid beschreven.

De ondersteunende rollen.

Hoe ga je met de ondersteunende rollen aan de slag. Wat hebben leerlingen nodig om de rollen uit te voeren.

Aan de slag met de rollen.

Hoe werk je de rollen uit binnen je eigen lessen en hoe kun je de rollen begeleiden en evalueren. Dit met uitgebreide tabellen en evaluatieformulieren.

Van rollen integreren in een les tot het uitbouwen van een leerlijn voor een lessenreeks: een voorbeeld uit de praktijk.

In dit hoofdstuk wordt het volledige groeiproces van het integreren van rollen in je lessen van één leerkracht in beeld gebracht. Hoe gaat het in de praktijk in zijn werk.

In de twee hoofdstukken daaropvolgend vind je twee uitgewerkte praktijkvoorbeelden.  Eén voor de rol van scheidsrechter (hoofdstuk 5) en één voor de rol van feedbackgever.

Oefeningen

Het zevende en laatste hoofdstuk bestaat uit oefeningen waar je zelf mee aan de slag kunt gaan.

Werken met rollen levert een bijdrage aan de persoonlijke ontwikkeling van kinderen. Het bevordert de groei van leerlingen als persoon, maar ze leren ook sneller. Ook zijn leerlingen meer betrokken bij de lessen als er gewerkt wordt met rollen.

Ik ga zeker eens kijken hoe ik dit kan toepassen in mijn gymlessen.

Met dank aan uitgeverij ACCO voor het beschikbaar stellen van het recensie-exemplaar.

Kantoor en schoolKantoor en school

AlgemeenVakliteratuur

Speelkriebels voor kleuters


speelkriebelsZelf ben ik geen kleuterjuf, maar kan mij de stages bij de kleuters nog wel herinneren van de opleiding. De kleutergymlessen vond ik leuk, maar soms ook wel lastig. Als ik toen dit boek voor handen had gehad, had ik die lessen waarschijnlijk veel beter aangepakt. Speelkriebels voor kleuters is een dik boek met 200 inspirerende bewegingsspelen voor 2,5- tot 6 jarigen, waarvan 100 helemaal nieuw!

Het boek beklemtoont het belang van dagelijks spelen en bewegen in het kleuteronderwijs.

Speelkriebels voor kleuters bestaat uit twee delen, een theoretisch deel en een praktisch deel.

Theorie:

Het theoretisch deel is heel geschikt voor toekomstige (kleuter)leerkrachten, maar ook als achtergrondinformatie voor huidige leerkrachten. Het theoretische deel bestaat uit vier hoofdstukken. In het eerste hoofdstuk lees je over de algemene ontwikkelingskansen van bewegingsopvoeding voor het jonge kind.
In het tweede hoofdstuk worden de ontwikkelingskansen van bewegen in zes domeinen uitgesplitst, namelijk: Lichaam in beweging aanvoelen en organiseren, beweging afstemmen op ruimte, beweging afstemmen op tijd, fysieke fitheid ontwikkelen, positief zelfbeeld opbouwen en sociale vaardigheden ontwikkelen en de zintuiglijke ontwikkeling. Deze worden uitgebreid beschreven.
Het derde hoofdstuk behandelt bewegingsspelen voor kleuters, en het vierde en laatste hoofdstuk van dit deel is de verbinding met het praktische gedeelte.

Praktijk:

In het praktisch gedeelte vind je 200 uitgewerkte bewegingsspelen. Stap voor stap worden deze spelen beschreven. Heel gemakkelijk zijn de symbolen die bij elk spel te vinden zijn. Ze geven aan bij welk domein het spel hoort, waar je het spel kunt spelen (klaslokaal, gymlokaal of buiten) en een leeftijdsindicatie. Deze symbolen vind je ook terug op de handige meegeleverde bladwijzer,

Achterin het boek is ook een heel handige spelenzoeker opgenomen waar je heel gemakkelijk per domein een geschikt spel kunt vinden.

Als je een bladzijde met een spel bekijkt is het heel overzichtelijk. Bovenaan de bladzijde staan de symbolen. In de linkerkolom worden de materialen benoemd, eventueel een prentenboektip of muziektip bijgegeven en een variant beschreven.
Bovenaan worden de ontwikkelingskansen benoemd en daarna hoe het spel start en verloopt.

Kortom een heel mooi boek waarin je spelen vindt die niet standaard uit  de methode komen en heel gemakkelijk te organiseren zijn .

Met dank aan uitgeverij ACCO voor het beschikbaar stellen van dit recensie-exemplaar.

Speelkriebels voor kleuters
Veerle Florquin & Els Bertrands
uitgeverij Acco
2017
469 pagina’s

Kantoor en schoolKantoor en school 

Vakliteratuur

Het belang van spelen, suggesties om spel te bevorderen.


Het belang van spelen, suggesties om spel te bevorderen bij kinderen van 2 tot 13 jaar.

Spelen is belangrijk voor de ontwikkeling en leerprocessen van kinderen. Maar wat is dan eigenlijk het belang van spelen voor de ontwikkeling van kinderen. Het boek “Het belang van spelen” van uitgeverij Acco gaat hierover.

Het belang van spelen.

Het boek begint met het hoofdstuk Het belang van spelen. Hierin wordt beschreven wat spelen is en het belang van spelen voor de ontwikkeling. hierin wordt onderscheid gemaakt in de (senso) motorische ontwikkeling, taalontwikkeling, cognitieve ontwikkeling, emotionele ontwikkeling, zelfregulatie en sociale ontwikkeling. Dit hoofdstuk laat zien dat spelen heel belangrijk is.

De rol van de omgeving bij spel.

Het tweede hoofdstuk De rol van de omgeving bij spel gaat in op de belangrijke rol die ouders en opvoeders spelen in het uitlokken en bevorderen van spel. De ruimte waarin de kinderen spelen en ook de inrichting daarvan speelt een grote rol.

Spelen volgens Vermeer.

Spelen volgens Vermeer is een hoofdstuk waarin de vier categorieën van spel volgens onderzoeker Vermeer worden beschreven. Zo is er sensopatisch spel, esthetisch spel, verbeeldend spel en hanterend spel. Deze speelvormen worden uitgebreid besproken met duidelijke praktijkvoorbeelden.

Sensopatisch en sensomotorisch spel.

In het hoofdstuk Sensopatisch en sensomotorisch spel  wordt op deze twee spelvormen nog wat dieper ingegaan en worden veel spelsuggesties gegeven voor allerlei verschillende leeftijdscategorieën. Voor kleine en grote groepen van kinderen van 2 tot 4 jaar tot kleine en grote groepen kinderen van 10 tot 13 jaar, en alles wat ertussen in zit. Heel bruikbaar.

Hanterend spel, Esthetisch spel en Verbeeldend spel.

In de laatste drie hoofdstukken, Hanterend spel, Esthetisch spel en Verbeeldend spel, wordt een achtergrond beschreven en ook wordt het belang van deze soorten spel beschreven voor de ontwikkeling. Maar ook dat er spel kan zijn dat zorg oproept bij deze soorten, en hoe dit te signaleren. Verder worden er voorbeelden gegeven en spelsuggesties voor zowel jonge als oudere kinderen.

Kortom een heel bruikbaar boek voor iedereen die met kinderen werkt en het belang van spelen herkent en wil stimuleren. Een interessant boek ook goed als naslagwerk te gebruiken.

Met dank aan uitgeverij ACCO voor het beschikbaar stellen van een recensie-exemplaar.

Kantoor en schoolKantoor en school

 

ReviewsVakliteratuur

Kunstworkshops voor kinderen.


Kunstworkshops voor kinderen

Februari is kunstmaand bij uitgeverij Lemniscaat. Via de facebookgroep Kinderboeken mag ik voor de uitgeverij drie boeken uit de speciale Uit de Kunstfolder reviewen.
Kunstworkshops voor kinderen is één van de drie boeken en vind ik zelf eerlijk gezegd de mooiste en voor mij meest bruikbaar. Hervé Tullet beschrijft hierin elf kunstworkshops voor kinderen met hele mooie foto’s erbij.

In een welkomstwoord vertelt Tullet hoe het er toegaat tijdens zijn workshops. Hij geeft over de hele wereld kunstworkshops voor kinderen. Hij geeft advies hoe je zelf een workshop kan leiden. Dit doe hij heel uitgebreid door advies te geven over de materialen, kleur, ruimte en muziek.

De workshops

De workshops worden uitgebreid beschreven. Je wordt als het ware aan de hand meegenomen door de hele workshop. Hoe bereid je hem voor en wat heb je nodig.
Dikgedrukt wordt geschreven wat je kunt zeggen in de verschillende fasen van de workshop en tussendoor wat er gebeurd en wat je moet doen in normaal gedrukte letters. Dit met getekende voorbeelden ertussendoor.

Zo kun je heel snel wel 11 verschillende workshops geven. Er ontstaan bloemenvelden, verkeerschaos, magische dobbelstenen, wordt er op muziek geschilderd en ga zo maar door. Er wordt veel gewerkt met verf.

Heroverde kindertijd.

Het boek Kunstworkshops voor kinderen wordt afgesloten met een essay van Sophie van der Linden: Herve Tullet: heroverde kindertijd. In dit essay beschrijft de schrijfster hoe Tullet zijn workshops geeft. Er wordt enthousiast geschreven en krijgt een goed beeld van hoe de kunstenaar werkt.

Met dit boek heb ik hele leuke ideeën gekregen om met mijn klas mee aan de slag te gaan en zeker een aanrader voor leerkrachten die graag eens op een andere manier hun tekenlessen willen vullen of eens op een andere manier aan de slag willen met kinderen.

Kantoor en schoolKantoor en school

 

 

Vakliteratuur

Autisme in de klas. Tips voor leerkracht en leerling.


Wat betekent het om leerlingen met autisme in de klas te hebben. Veel leerkrachten hebben hier vast vragen over. Er is zoveel informatie te vinden hierover, maar een duidelijk overzicht was er nog niet echt, of kon ik niet vinden.
Ik heb nu het boek Autisme in de klas Tips voor leerkracht en leerling gelezen en ben heel enthousiast hierover.
Het boek is verdeeld in vier onderdelen. Ik ga ze allemaal langs om je een beeld te geven hoe het boek in elkaar zit.

Wat is autisme en hoe uit het zich in de klas?

Een stukje theorie over wat autisme nu precies is, en hoe het zich kan uiten. Heel mooi zijn de quotes tussendoor van leerkrachten die een kind met autisme in de klas hebben (“Die leerling let niet op, want hij kijkt niet naar mij.”), maar ook van kinderen met autisme. (“Als de juf boos is en begint te roepen, gaat haar mond echt heel ver open.”)

Hoe ga ik om met autisme in de klas?

Hierin worden verschillende aspecten van het klasgebeuren besproken en hoe je als leerkracht, maar ook als leerling kan bijdragen aan een positieve klassfeer. Zo komen o.a. het lesrooster aan de orde, maar ook planning, huiswerk en instructies. Het is niet de bedoeling dat jij als leerkracht steeds alles aan moet passen, maar dat de leerling leert om te gaan met onverwachte en stressvolle situaties. Er worden hier tips gegeven over hoe jij als leerkracht het verschil maakt en de leerling die het verschil leert maken. Ontzettend handige tips, die niet alleen leerlingen met autisme ten goede komen, maar alle leerlingen in je groep.

Wat verandert er nu voor mij?

Impulsieve reacties vermijden en op zoek gaan naar de oorzaak van het gedrag. Een schema met didactische principes.

Steekkaarten.

Een 17-tal steekkaarten, een soort hulpkaarten hoe bepaalde dingen aan te pakken. Zo is er bijvoorbeeld een steekkaart leerstrategie die helpt bij het leren en een steekkaart presentatie plannen. Elke steekkaart voorzien van doel, en wat belangrijk is. Voor zowel jou als leerkracht als voor de leerling. En ook hier weer. Deze zijn ook prima in te zetten voor alle leerlingen.
De steekkaarten zijn ook te downloaden op de site van de uitgever.

Kortom, een leerzaam en praktisch boek voor als je een leerling met een vorm van autisme in de klas hebt met zeer bruikbare tips.

Met dank aan uitgeverij ACCO voor het beschikbaar stellen van een recensie-exemplaar.

Cadeauwinkel

Vakliteratuur

Lezen.. denken.. begrijpen….. – Handboek Begrijpend lezen in het basisonderwijs


Begrijpend lezen is iets wat mij erg bezig houdt in mijn onderwijs. Ik schrijf hier ook regelmatig over in mijn blogs m.b.t. Nieuwsbegrip. Nu heb ik het handboek begrijpend lezen in het basisonderwijs “gelezen”, en deze wil ik toch graag bespreken.

Ik zet gelezen tussen aanhalingstekens, omdat het niet een boek is wat je gaat lezen, maar een soort naslagwerk.

Door te lezen ontmoet je de wereld. We lezen teksten om informatie te verwerken, om te leren, te ontspannen en te genieten. Het doel van dit boek is dat het wil bijdragen aan de ontwikkeling in het denken over begrijpend lezen, en ten tweede om een bijdrage te leveren van de praktijk van het begrijpend lezen in de basisschool.

Het boek is bestemd voor leerkrachten, intern begeleiders, taalcoördinatoren, leescoördinatoren en schoolleiders.

Lezen.. denken.. begrijpen….. – Handboek Begrijpend lezen in het basisonderwijs

Het eerste hoofdstuk is theorie. Op basis van wetenschappelijk onderzoek wordt de visie van de schrijvers op het onderwijs in begrijpend lezen gegeven.

In hoofdstuk 2 komen de doelen, de doorgaande lijn  en de tijd die aan begrijpend lezen wordt besteed aan de orde. Ook lezen met begrip in andere vakken ontbreekt niet.

In het derde hoofdstuk is het de beurt aan de strategieën. In mijn artikel Begrijpend lezen leer je niet door het aanleren van strategieën heb je misschien al eens gelezen dat hier de meningen over verdeeld zijn. Ik vind dit een heel mooi hoofdstuk, omdat hier niet van de standaard strategieën is uitgegaan, maar het heel breed genomen wordt. Je kunt hierdoor door met elkaar in gesprek te gaan een leerlijn ontwikkelen waar iedereen mee kan werken.

Hoofdstuk 4  gaat over het aanleren en toepassen van de strategieën, met als uitgangspunt het DI-model (directe instructie). Hier worden hele duidelijke voorbeelden van lessen gegeven. Ook veel handvatten voor de uitvoering van het instructiemodel.

Teksten staan centraal in hoofdstuk 5. Een goede tekstkeuze is belangrijk, de uiterlijke kenmerken van een tekst (hiermee kan het begrip van de tekst worden ondersteund.)

Hoe je als school de ontwikkeling van het begrijpend lezen kan volgen wordt in hoofdstuk 6 beschreven. Je vindt aanwijzingen voor de keuze van evaluatie-instrumenten en toetsen. Ook is er een toetskalender opgenomen.

Al met al vind ik dit boek een fijn boek om in de klas te hebben. Ik kijk er regelmatig in. Hoe was het ook alweer. Hoe zal ik dit eens aanpassen. Ook vind ik het fijn dat ik achterin het boek in de bijlagen van alles op kan zoeken. Van toetskalender tot Nieuwsbegrip.

Dit boek is zeker een aanrader om op school te hebben.

Kijk ook eens op mijn pagina: Nieuwsbegrip: Hoe ik de lessen anders geef.