Coöperatieve werkvormen 7: Interviews
Alweer het zevende blog in de serie over coöperatieve werkvormen. Deze gaat over interviews. In het artikel Coöperatieve werkvormen, welke zijn er allemaal, en hoe pas je ze toe? heb ik een opsomming gegeven van de werkvormen. Ik wil dit een vervolg geven in een serie artikelen waarin ik dit ga uitbreiden met voorbeelden. Coöperatieve werkvormen zijn heel goed toe te passen in allerlei soorten situaties binnen het onderwijs, het is soms alleen lastig om op ideeën te komen.
Interviews
Bij deze werkvorm bedenken de kinderen vragen bij/over een onderwerp dat de leerkracht aandraagt. De kinderen bedenken vragen die ze willen stellen en schrijven deze op. Dan worden er tweetallen gemaakt en gaan de kinderen elkaar interviewen. Een van beide begint en stelt de vragen aan de ander. Als het antwoord niet duidelijk is, of erg kort, dan vraag het kind ook door tot het tevreden is of het begrijpt. Daarna wisselen ze van rol en wordt de ander interviewer. Dit kun je klassikaal nabespreken door te vragen wat de interviewers hebben gehoord.
Kinderen oefenen bij deze werkvorm het vragen stellen, luisteren naar elkaar, doorvragen, maar ook samenvatten omdat ze het gehoorde moeten terugvertellen tijdens de klassikale nabespreking. Je kunt deze werkvorm inzetten als oriëntatie of om de voorkennis te activeren, maar ook als zelfstandige verwerking of reflectieopdracht.
Voorbeelden waarvoor je deze werkvorm in kunt zetten zijn:
Zaakvakken
- Wat weet je al van….. (voorkennis activeren)
- Vertel wat je hebt geleerd bij…….
- Kun je vertellen wat het belangrijkst is bij…….
Taal/lezen/rekenen
- Vragen stellen over een onderwerp/tekst
- Hoe los jij deze opdrachten op?
Algemeen
- Interview over het weekend/vakantie (ipv de traditionele vertelkring)
- Interview over wat de kinderen hebben gezien in het jeugdjournaal
Zoals altijd ben ik erg benieuwd naar jullie reacties, en hoe jullie de werkvormen inzetten. Laat het mij vooral weten.
Delen op social media of per email :