Algemeen

AVI-niveaus, hoe zit dat nu eigenlijk?


AVI-niveaus, ofwel Analyse van Individualiseringsnormen, zijn een essentieel hulpmiddel voor het beoordelen van de technische leesvaardigheid van kinderen. Dit systeem helpt leerkrachten om geschikte leesmaterialen te kiezen die aansluiten bij het leesniveau van hun leerlingen.

Wat Zijn AVI-Niveaus?

AVI-niveaus worden vastgesteld door middel van gestandaardiseerde leesproefjes waarbij de leesvaardigheid van leerlingen wordt geëvalueerd op basis van snelheid en nauwkeurigheid. Er zijn momenteel twaalf niveaus die variëren van beginnende lezers tot zeer gevorderde lezers. Deze niveaus zijn niet leeftijdsgebonden, maar afhankelijk van de technische leesvaardigheid van de leerling:

AVI-Start
Korte, eenvoudige zinnen en veel illustraties. Deze boeken zijn bedoeld voor kinderen die net beginnen met lezen. Ze bevatten bekende woorden en eenvoudige woordstructuren.

AVI-M3
Nog steeds eenvoudige teksten, maar met iets langere zinnen en minder illustraties. De teksten bevatten al wat moeilijkere woorden.

AVI-E3
Vergelijkbaar met AVI-M3, maar met iets meer tekst op een pagina. Het kind moet meer doorzettingsvermogen hebben om deze boeken te lezen.

AVI-M4 en AVI-E4
Complexere zinnen en langere verhalen. Er worden nieuwe woorden geïntroduceerd en de zinnen worden langer. De illustraties zijn minder dominant aanwezig.

AVI-M5 en AVI-E5
Nog langere en complexere teksten. Het kind moet in staat zijn om langere verhalen te volgen en begrijpend te lezen.

AVI-M6 en AVI-E6
De boeken bevatten meer gevarieerde en uitdagende vocabulaire. De teksten zijn uitgebreider en bevatten vaak meerdere verhaallijnen.

AVI-M7 en AVI-E7
Deze niveaus hebben uitgebreide, complexe verhalen met meer lagen en diepere thema’s. Er wordt van kinderen verwacht dat ze in staat zijn om grotere hoeveelheden tekst te verwerken en te begrijpen.

AVI-Plus
De meest complexe en uitgebreide teksten. Deze boeken zijn geschikt voor kinderen die een zeer goede leesvaardigheid hebben en moeilijkere teksten aan kunnen.

Hoe Werken De Overgangen?

Overgangen tussen verschillende AVI-niveaus worden bepaald door periodieke toetsing. Twee keer per jaar nemen leerkrachten een AVI-toets af om het niveau van de leerlingen te beoordelen. Hierbij wordt gekeken naar de snelheid en de nauwkeurigheid van het lezen. Op basis van deze toetsresultaten kan worden besloten of een leerling klaar is voor een hoger AVI-niveau. Dit zorgt ervoor dat leerlingen lezen op een niveau dat hen uitdaagt maar niet overbelast.

Praktische Tips

Zorg ervoor dat AVI-toetsen regelmatig worden afgenomen om de voortgang van de leerlingen te volgen.

Gebruik de AVI-niveaus om leesopdrachten te differentiëren en aan te passen aan de individuele behoeften van de leerlingen.

Moedig leerlingen aan door ze boeken te laten kiezen die hen interesseren, zelfs als deze niet precies overeenkomen met hun AVI-niveau.

Stimuleer dagelijks lezen en bied gevarieerde leesmaterialen aan om de technische leesvaardigheid te verbeteren.

Integreer begrijpend lezen in de leeslessen om ervoor te zorgen dat leerlingen niet alleen technisch lezen, maar ook begrijpen wat ze lezen.

Delen op social media of per email :

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.